Nieuws

Computer beoordeelt piepen van astmapatiënt

Een microfoon op de adamsappel is voortaan waarschijnlijk voldoende om een astma-aanval in een vroeg stadium te herkennen. Dr. M. Oud van de Rijksuniversiteit Groningen werkt aan een computerprogramma dat het ademgeluid van astmapatiënten beoordeelt.


Leestijd: 1 minuut

Tijdens een astmatische aanval vernauwen de luchtwegen en verandert geleidelijk het geluid van de ademhaling. Een computerprogramma registreert die verandering van het ademgeluid. Het menselijk oor is daartoe niet in staat. Oud, medisch natuurkundige bij de afdeling biomedische technologie, concludeert dat het ademgeluid voldoende informatie bevat om de mate van benauwdheid nauwkeurig te bepalen. Een mogelijke toepassing van de techniek is een alarm dat waarschuwt wanneer een patiënt het ’s nachts benauwd krijgt. Ook kunnen onderzoekers de gesteldheid van een patiënt bestuderen zonder dat de patiënt benauwd gemaakt hoeft te worden. Luisteren naar het ademgeluid biedt ook uitkomst bij kleine kinderen. Die hebben er vaak moeite mee als er bij een longfunctietest verschillende keren hard achter elkaar moet worden geblazen. Voordat de computer een analyse van het ademgeluid kan uitvoeren, moet hij eerst worden gevoed met gegevens van geluidsmeting en van de toestand van de longen. De onderzoekster, die een deel van haar werk verricht in dienst van de Universiteit van Amsterdam, maakte opnames van ademgeluid tijdens longfunctietesten. Direct na elke geluidsopname volgde een zogeheten spirometriemeting: de proefpersoon blaast hierbij zo hard mogelijk in een mondstuk waarna de hoeveelheid lucht in de eerste seconde wordt gemeten. Tijdens de longfunctietesten kreeg de proefpersoon een lichaamseigen stof, histamine, toegediend. Bij mensen met astma leidt die stof tot verstopping van de luchtwegen. De onderzoeker gebruikte verschillende concentraties zodat gradaties van benauwdheid waren te horen.