Volgens korpschef Dros waren er in 2008 125 indicaties van mensenhandel. Die zijn allemaal onderzocht en dat leidde tot negen aanhoudingen. Een triest dieptepunt was volgens de korpschef een geval van een 16-jarig meisje uit Bulgarije dat door haar moeder aan een handelaar was verkocht en dat in Groningen als raamprostituee moest werken. Het meest trieste aan deze zaak was volgens de korpschef nog wel het feit dat de betrokkenen – verdachte handelaren en de moeder- zich afvroegen wat er nu eigenlijk zo erg aan was dat het meisje was verkocht.
‘We gaan er voortaan een permanent specialisme van maken en willen zo deze vorm van moderne slavernij een halt toeroepen. Groningen krijgt daarbij een landelijk experiment waarbij we de zaak meer aan de bron kunnen gaan aanpakken. Dat wil zeggen; Groningse agenten gaan nauw samenwerken met Bulgaarse collega’s om in dat land de vrouwenhandel tijdig een halt toe te roepen’, aldus Dros.