Nieuws

OM eist vier jaar cel tegen hoofdverdachte RUG-fraude

Het Openbaar Ministerie heeft vandaag in de rechtbank in Almelo gevangenisstraffen tot vier jaar geëist tegen acht verdachten uit een onderzoek naar ambtelijke omkoping, valsheid in geschrift en witwassen bij de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Hoofdverdachte Hans G., die jarenlang aan het hoofd van de technische dienst van de universiteit stond, kreeg de hoogste eis te horen: vier jaar cel.


Leestijd: 3 minuten

Drie RUG-onderzoekers benoemd tot leden van de Wetenschappelijk Klimaatraad
Drie RUG-onderzoekers benoemd tot leden van de Wetenschappelijk Klimaatraad

De hoofdverdachte is het voormalig hoofd van de afdeling technisch beheer bij de RUG. Ook een medewerker van deze afdeling, zijn vrouw, zoon, schoondochter en twee directeuren van een bouwbedrijf, een installatiebedrijf en een materialenhandelaar die ook werkzaam was bij de RUG moesten voor de rechtbank verschijnen.

Uit onderzoek door de FIOD blijkt dat de hoofdverdachte met hulp van medewerkers misbruik zou hebben gemaakt van zijn positie.  Zo vroeg hij in ruil voor opdrachten van de RUG aan installatie en bouwbedrijven, gunsten en betalingen van die bedrijven voor hem zelf, zijn vrouw, zoon en schoondochter en voor betrokkenen die de fraude zouden hebben mogelijk gemaakt. De kosten voor de gunsten en giften werden gedeclareerd bij de RUG.

Zo zou het hoofd van afdeling technisch beheer er bijvoorbeeld voor hebben gezorgd dat zijn zoon salaris ontving in de periode vanaf 2008 tot het moment dat de FIOD binnen viel. Met dat salaris heeft de zoon in 2008 een woning kunnen kopen. Ook voor zijn schoondochter regelde hij een arbeidsovereenkomst met salaris. Uit het onderzoek blijkt dat de zoon en schoondochter nauwelijks werkzaamheden deden voor de bedrijven. Hij regelde auto's voor zijn zoon en zichzelf, een tankpas, contant geld. Hij liet zijn woning verbouwen en zijn tuin herinrichten.  De zoon hoefde ook geen uitgaven te doen voor de keuken, de vloer, de badkamertegels en de verf van zijn nieuwe woning. Zijn vader regelde alles.

Papertrail
Het misbruik zou volgens het OM zijn afgedekt met een papertrail van valse arbeidsovereenkomsten, loonstroken en facturen. Om de kosten af te dekken werden valse facturen en loonbriefjes gedeclareerd bij de RUG. Materialen die aan de bedrijven werden geleverd, en die niet bestemd waren voor de universiteit, werden toch met tien procent opslag door gefactureerd aan de universiteit. Controles van de ingediende facturen door twee medewerkers van de facilitaire afdeling van de RUG zouden niet hebben plaatsgevonden. Waarschijnlijk omdat zij ook zouden hebben meegeprofiteerd van de fraude. Zo kreeg een medewerker 7500 euro en zonnepanelen op het dak van haar woning geïnstalleerd.

Corruptie
Het geschatte nadeel voor de RUG door de fraude is geschat op minimaal 1.145.799 euro. Maar bij corruptie draait het niet enkel om de centen, zo betoogde de Officier van Justitie tijdens de zitting. “Geld is slechts één van de aspecten. Corruptie is een doortrapte vorm van fraude, het is een vorm van verregaand machtsmisbruik.” Corruptie zorgt voor een oneerlijke begunstiging, concurrentievervalsing en het ontwricht de maatschappij in ernstige mate, aldus het OM.

Het hoofd van de afdeling technisch beheer sleepte volgens het OM ook collega’s, bedrijven en familieleden mee in de fraude: “Door verdachte  is een structuur, een voortraject gecreëerd, zijn constructies  bedacht waarbij bedrijven, medewerkers en collega’s zijn betrokken. Die collega’s, medewerkers en bedrijven hebben als medeplegers financieel voordeel en zijn onderdeel geworden van een systeem.”

Eisen
Tegen de hoofdverdachte eiste de officier vier jaar gevangenisstraf. Tegen zijn zoon eiste de officier drie jaar gevangenisstraf, waarvan 1 jaar voorwaardelijk. De schoondochter hoorde twee en een half jaar gevangenisstraf, waarvan een jaar voorwaardelijk, tegen zich eisen. De twee directeuren van de bouw- en installatiebedrijven hoorden drie en een half jaar gevangenisstraf tegen zich eisen, waarvan een jaar voorwaardelijk. De medewerkster van de facilitaire afdeling hoorde anderhalf jaar gevangenisstraf tegen zich eisen, waarvan zes maanden voorwaardelijk. De materialenhandelaar hoorde een zelfde straf eisen. Als het aan het OM ligt krijgt de vrouw van de hoofdverdachte een werkstraf van 150 uur. De officier eiste op zitting daarnaast dat de verdachten het wederrechtelijk verkregen voordeel aan de RUG terugbetalen.