Nieuws

Koetsenvriezer ingezet in strijd tegen hoofdluis

Het Nationaal Rijtuigenmuseum in het Groningse Leek stelt zijn koetsenbevriezer beschikbaar voor gezinnen die last hebben van hoofdluis. Dat meldde het museum woensdag. Mensen kunnen hun kleding, kussens of dekbedden in de grote vrieskist laten invriezen waardoor het achtergebleven ongedierte wordt gedood.


Leestijd: 1 minuut

De vrieskist wordt doorgaans alleen gebruikt voor de 250 historische koetsen en arrensleeën van het museum. Door de koetsen stuk voor stuk gedurende een week in de vriezer te zetten, bij een temperatuur van min 22 graden Celsuis, gaan de houtwormen en motten die het rijtuig aantasten dood.

Mensen die last hebben van hoofdluis kunnen hun beddengoed of kleding zaterdag 11 oktober inbrengen. Per zak kleding vraagt hun museum vijf euro. ‘Op deze manier hopen we een leuk zakcentje bij te kunnen verdienen’, aldus de museumdirecteur. ‘De alsmaar teruglopende subsidies dwingen je als museum creatief te zijn.’

De vriezer werd in september vorig jaar in gebruik genomen, nadat de koetsen steeds meer werden aangetast door houtwormen en motten. Vroeger vroor dit ongedierte in de winter vanzelf dood, maar omdat tegenwoordig niet meer hard genoeg vriest, probeert het museum met de koetsen de winters van vroeger na te bootsen, aldus de directeur.