Innovatie

Van Nederlanders is 5 % manisch depressief; ziekte vaak niet herkend

5,2 procent van de Nederlandse bevolking lijdt in meerdere of mindere mate aan manisch-depressiviteit. Deze personen kampen met beperkingen in hun functioneren, rapporteren een verminderde kwaliteit van leven en blijven aanzienlijk vaker ziek thuis. Toch herkennen hulpverleners de aandoening slechts bij één op de acht getroffenen, ongeacht de ernst ervan en de hoeveelheid samenhangende klachten. Dat blijkt uit een onderzoek waarop psychiater Eline Regeer in januari hoopt te promoveren aan de Rijksuniversiteit Groningen.


Leestijd: 1 minuut

Voor haar promotie deed ze onderzoek naar manisch-depressiviteit (bipolaire stoornis) in de Nederlandse bevolking. De ziekte leidt tot zeer wisselende gemoedstoestanden. Nu eens voelt de patiënt zich langere tijd bijzonder goed , dan weer is hij somber en teruggetrokken. Alleen mensen die zelf erkennen dat ze aan een bipolaire stoornis lijden, worden adequaat behandeld, zo blijkt uit het onderzoek.

Onderzoekster Regeer stelt dat erkenning en acceptatie van de stoornis door de patiënt zelf de belangrijkste factor is bij het zoeken van hulp en het krijgen van een adequate behandeling. Het is daarom belangrijk om aandacht te besteden aan de acceptatie van en kennis over de aandoening. Ook de maatschappelijke kosten mogen niet uit het oog verloren worden. De gemiddelde indirecte kosten per patiënt per jaar bedragen 3629 euro, zo wordt in dit onderzoek becijferd.