Bereikbaarheid & Verkeer

Groningse raadsleden laten fiets en auto twee weken staan

Zes gemeenteraadsleden uit Groningen laten de komende weken hun auto en fiets staan, wanneer ze zich verplaatsen door de binnenstad. In plaats daarvan gaan ze gebruik maken van het openbaar vervoer. Ze doen dat op uitnodiging van OV-consumentenplatform Groningen, dat op die manier aandacht wil vragen voor de plannen in het kader van de nieuwe binnenstadsvisie


Leestijd: 1 minuut

Groningse raadsleden laten fiets en auto twee weken staan
Groningse raadsleden laten fiets en auto twee weken staan

Zes leden van vijf partijen uit de Groninger gemeenteraad zijn ingegaan op de uitdaging om het openbaar vervoer wat beter te leren kennen.

Het OV consumentenplatform openbaar vervoer acht de plannen om de binnenstad en delen van aangrenzende wijken helemaal ‘busvrij’ te maken ‘slecht onderbouwd, niet uitgewerkt en niet in het belang van veel reizigers’. Bij bezoek aan de Binnenstad zullen zij te maken krijgen met aanzienlijk langere reistijden van deur tot deur, in sommige gevallen wel 30% of meer.

In z’n huidige opzet draagt de ‘Binnenstadsvisie’ niet bij aan een groeiend OV-aandeel in het verkeer en afname van het aantal files, waardoor ook de vervuiling door het wegverkeer niet zal afnemen, zo stelt het  OV consumentenplatform.

Het streven naar een CO-2 neutrale stad in 2035 wordt in de visie niet eens genoemd, terwijl het OV daar zonder twijfel een rol bij zal moeten hebben.

Ook zijn de veel genoemde ‘alternatieve vervoerswijzen naar het stadshart’ voor mensen die niet zo goed ter been zijn, niet vervoerskundig uitgewerkt, niet op haalbaarheid en financiën doorgerekend en dreigt de WMO-taxi afhankelijkheid voor sommigen groter in plaats van kleiner te worden, zo meent het Platform.

Het OV-consumentenplaftorm hoopt dat de raadsleden met de opgedane ervaring “kritischer naar de naar de plannen zullen kijken en zullen aandringen op een veel beter onderbouwd plan ten dienste van stad en regio en ten dienste van de duizenden huidige gebruikers en nog veel meer toekomstige gebruikers”.