Nieuws

“Koolmees heeft het zwaar in Groningen: amper insecten, koud voorjaar”

Het gaat niet goed met de koolmezen in Groningen. In vergelijking tot vroeger zijn er nog nauwelijks insecten om ze te voeden. En rupsen, een andere voedselbron, zijn er ook veel minder, mede door het uitzonderlijk koude voorjaar.


Leestijd: 1 minuut

“Koolmees heeft het zwaar in Groningen: amper insecten, koud voorjaar”
“Koolmees heeft het zwaar in Groningen: amper insecten, koud voorjaar”

Dat stelt de Groningse stadsecoloog Jan Doevendans. In het Dagblad van het Noorden van vandaag een uitvoerig interview met de man die al 25 jaar lang nauwlettend de situatie in de gaten houdt van de vogels en insecten in Stad en Ommeland.

Volgens Doevendans zijn er mede door de kou dit voorjaar ook nauwelijks vlinders te zien, en is tachtig procent van de insecten al verdwenen. Iedereen kan dat zelf constateren: wie op de fiets zit krijgt nog zelden een insect in z’n oog, en we in de auto zit hoeft de voorruit nooit meer schoon te maken omdat er zoveel vliegen op zitten.

De groene dood

Volgens Doevendans is die situatie niet uniek in Groningen, en hebben kool- en pimpelmezen, en andere vogels in heel Nederland een gebrek aan eten. De vermindering van het aantal insecten heeft ook te maken met het feit dat er eindeloze weilanden zijn met maar één soort gras, waar geen bloem te bekennen is, die daarmee geen voedselbron vormen voor insecten en vogels. “De groene dood”, zo noemt Doevendans deze situatie. Volgens hem is het niet alleen aan de politiek om hier iets aan te doen, maar kan ieder mens, individueel, er ook iets aan doen door veel bloemen te laten groeien en zo min mogelijk te snoeien en gras te maaien.

Gemeente: meer bomen

De gemeente Groningen realiseert zich ook dat er wat aan gedaan moet worden om insecten te behouden. Daarom worden bermen minder snel gemaaid, en zijn er steeds meer bloeiende bermen te zien. Ook is er nog het 'groenplan' om, mede tegen de klimaatverandering, veel meer bomen te planten in de stad.  Het is de ambitie van de gemeente om jaarlijks 30.000 m2 groen toe te voegen en 1.000 bomen aan te planten op diverse gronden en terreinen.