"We hebben nooit beraamd om mensen iets aan te doen", zei hij. Volgens M. had hij injectienaalden gestolen bij zijn voormalige werkgever, verpleeghuis ’t Blauwbörgje, voor tepelseks. Daarbij worden de naalden in de tepels van de partner gestoken. Ook werden de naalden gebruikt om in elkaars penis en scrotum te prikken. Uit dat seksspel is volgens M. het inspuiten van het bloed ontstaan. "Het is ons overkomen, maar ik heb nooit eraan gedacht dat ik daarmee iemand kon besmetten. Achteraf schrok ik wel van wat ik had gedaan. Ik had het gevoel dat ik iets had gedaan wat niet mocht. Maar we hebben er nooit over gesproken."
Behalve de naalden zou Peter van zijn werkgever ook plaspillen en een katheter hebben gestolen. De pillen werden gebruikt voor plasseks en de katheter zou tijdens de seks bij Hans zijn ingebracht. Volgens eigen zeggen deed hij dat "om te ervaren hoe zoiets voelt.”
De drie verdachten, Peter M., Wim D. en Hans J., hadden plannen een club op te richten van homoseksuele mannen die bewust kozen voor onbeschermde seks. "Omdat we op die manier wilden voorkomen dat we SOA’s zouden krijgen. Maar dat plan is nooit van de grond gekomen, daarvoor waren onze contacten niet geschikt", aldus M.
Op de zitting bleek verder dat er bij een huiszoeking van de politie in de woning van M. en D. een door J. geschreven brief in beslag is genomen. In de brief, die op verzoek van M. zou zijn geschreven, zou J. hebben geschreven dat hij zijn ‘meester’, M., bewust zou hebben besmet. Over andere slachtoffers schreef hij: "De klootzakken hebben gekregen waar ze om vroegen."
