Songschrijvers komen in hun jacht op het perfecte liedje steeds bij dezelfde akkoordenschema’s uit, aldus de taalkundige. Luisteraars op hun beurt vinden deze schema’s prettig om naar te luisteren. Dat komt volgens Gilbers omdat sommige tonen nu eenmaal bij elkaar horen. ,,Artiesten denken dat ze hun werk zelf bedenken, maar toch zingen ze allemaal steeds hetzelfde liedje”, concludeert de onderzoeker.
Muziek is uiteindelijk niets anders dan trillende lucht, aldus Gilbers. ,,Die trillingen kun je meten en weergeven als golven. Als je dat doet, zie je dat sommige tonen elkaar niet verdragen en sommige perfect bij elkaar passen. Alle luisteraars, overal ter wereld, voelen dat aan. Of ze nu muziekles hebben gehad of niet.” Dat geldt ook voor de muziek van Mozart, meent Gilbers. ,,Als je zijn muziek van alle franje ontdoet, kom je uit op dezelfde akkoordenschema’s als in bijvoorbeeld Yesterday van de Beatles.”
Een positieve uitzondering is Bohemian Rhapsody van Queen, dit jaar weer op nummer één. Toch denkt Gilbers dat zulke songs minder lang overeind blijven dan liedjes als die van de Beach Boys en de Beatles. ,,Veel symfonische rock uit de jaren ’70 is niet lang populair gebleven. Het grote publiek keert al snel terug naar eenvoudige liedjes.’
