Nieuws

Gronings onderzoek: mannen en vrouwen anders behandeld in spreekkamer

Mannen en vrouwen krijgen bij de huisarts verschillende behandelingen en onderzoeken, blijkt uit onderzoek. Dat hoeft niet erg te zijn, want hoewel er snel wordt uitgegaan van ongelijkheid kan er ook gewoon sprake zijn van verschillen.


Leestijd: 1 minuut

Gronings onderzoek: mannen en vrouwen anders behandeld in spreekkamer
Gronings onderzoek: mannen en vrouwen anders behandeld in spreekkamer

Dat schrijft RTV Noord. Het onderzoek is uitgevoerd door promovenda Aranka Ballering (UMCG). Zij keek in haar onderzoek naar de verschillende behandeling van mannen en vrouwen bij veel voorkomende klachten als hoofdpijn, misselijkheid, lage rugpijn of luchtwegklachten.

Het blijkt dat vrouwen vaker naar de huisarts gaan. Daar krijgen zij minder vaak een lichamelijk onderzoek, röntgenfoto’s of een echo. Ook worden ze minder vaak doorverwezen naar een specialist. Vrouwen krijgen juist vaker een laboratoriumonderzoek, zoals het onderzoeken van bloed of urine.

Het feit dat vrouwen minder diagnostiek aangeboden krijgen leidt er deels toe dat ze minder diagnoses krijgen. Het is volgens Ballering te kort door de bocht om daarmee te stellen dat vrouwen door huisartsen behandeld worden. “Mannen gaan wellicht minder snel naar de huisarts. Dat zou een reden kunnen zijn waarom de huisarts bij een vrouw voorstelt om het nog even aan te kijken en bij een man meteen iets te doen”, zegt ze tegen RTV Noord. 

“We zien ook dat als een huisarts wel een lichamelijk onderzoek doet bij vrouwen, of een vrouw doorstuurt naar een specialist, dat daar minder vaak iets uitkomt dan bij mannen. Op basis daarvan kun je dus stellen dat het begrijpelijk is als een huisarts op grond van zijn ervaring vrouwen niet onnodig wil doorsturen.”

Voor haar onderzoek maakte Ballering gebruik van FaMe-net, een geanonimiseerd registratienetwerk van huisartsen. Hierin kon ze van meer dan 32.000 patiënten zien met welke klachten ze naar de huisarts kwamen, en welke behandeling ze kregen. Daarnaast gebruikte Ballering gegevens van LifeLines, het grootschalige bevolkingsonderzoek onder 167.000 inwoners van Noord-Nederland.