Uit onderzoek blijkt dat de varianten die grotendeels langs de A6 en A7 lopen (tracés 4 en 5) moeilijk te vergunnen zijn vanwege negatieve effecten op natuur en gebiedsontwikkelingen zoals de Lelylijn. Daarom adviseren de provincies een combinatie van tracés 1 en 2, die grotendeels het bestaande 220 kV-tracé volgen. Dat beperkt de impact op landschap, woningen en natuur en vergroot de kans op een snelle vergunning.
Voor het Groningse deel stellen de provincies, samen met de gemeenten Groningen en Westerkwartier en het waterschap Noorderzijlvest, een geoptimaliseerde variant van tracé 1 voor: zoveel mogelijk in een rechte lijn tussen Vierverlaten en Bakkerom. Mocht dat niet haalbaar zijn, dan geldt tracé 2 (variant Enumatil) als alternatief.
Tracé 3 wordt als niet toekomstbestendig beschouwd, onder meer door een grotere kans op vogelslachtoffers en onvoldoende capaciteit op de langere termijn.
De regio benadrukt dat compensatie en planschade voor inwoners goed geregeld moeten worden. Ook wil zij in gesprek blijven met het ministerie van Klimaat en Groene Groei en TenneT over landschappelijke verbeteringen, bijvoorbeeld door bestaande 110 kV-verbindingen ondergronds te brengen.
Met dit advies kiest de regio voor een duurzame en toekomstbestendige oplossing die grote ingrepen in de toekomst voorkomt.




