Nieuws

Wethouder van Onderwijs Elly Pastoor: "Niet alleen fixeren op hoger opgeleiden"

De Groningse wethouder van onderwijs, Elly Pastoor, vindt dat in de studentenstad Groningen niet alle aandacht moet uitgaan naar studenten van universiteit en de hogeschool. Leerling van VMBO en MBO zijn ook heel erg belangrijk voor de economie en de samenleving. En ook onderwijzers en leraren verdienen volgens haar maximale aandacht en medewerking, zo zegt ze in een interview met de GIC.


Leestijd: 4 minuten

PvdA-wethouder Elly Pastoor is 56 jaar en nu bijna een jaar  wethouder.

Pastoor werkte voordat zij wethouder werd bij het alfa-college in Groningen. Pastoor was regiomanager en verantwoordelijk voor volwasseneducatie. Zij werkte vaak in opdracht van de gemeente. Haar achtergrond maakt dat de wethouder dicht bij de praktijk van het onderwijs staat en haar betrokkenheid bij studenten en leerkrachten heel groot is.

Plezier haalt Elly Pastoor uit haar rol als voorzitter bij bestuurlijke overleggen. ‘Ik krijg er een kick van als ik bepaalde organisaties met elkaar kan laten samenwerken en er ook nog een goed plan op tafel wordt gelegd door alle partijen.’

Een gesprek met de PvdA wethouder, die vindt dat Twitter niet bij haar past, maar die nuchter en met veel energie naar de toekomst kijkt.

Een jaar na de start van uw wethouderschap: wat valt u mee en wat valt u tegen?

‘Wethouder zijn van de gemeente Groningen is een wereldbaan! En dat meen ik uit de grond van mijn hart. Ik had er in het begin heel veel zin in en dat is nog steeds zo. Sociale Zaken, Onderwijs en Jeugd zijn natuurlijk heel nauw met elkaar verbonden. Ik vind het samenwerkingsgericht bezig zijn leuk en uitdagend.’

‘Er valt mij eigenlijk niks tegen. Wat jammer is, maar waar ik niet veel aan kan doen, is het feit dat er weinig geld is. En door weinig geld zijn sociale zaken als eerste aan de beurt als het om bezuinigingen gaat. Maar je kunt niet denken: ‘Er is geen geld dus we doen niks.’

” Er moeten wel dingen gebeuren maar met minder geld. Er wordt wel geld gestoken in andere grote projecten en dat is soms moeilijk uit te leggen aan mensen. En natuurlijk is het niet altijd leuk om die boodschap te brengen aan de mensen waar je je voor inzet.’

U bent voorzitter van het Aktieplan Jeugdwerkloosheid. Waarom is dit Aktieplan in het leven geroepen?

‘Aktieplan Jeugdwerkloosheid is in het leven geroepen vanuit de gedachte dat jongeren een goede basis moeten hebben voordat zij terecht komen op de arbeidsmarkt. We moeten ervoor zorgen dat er zo veel mogelijk jongeren zijn met een startkwalificatie of een niveau 1-diploma. Elke vroegtijdige schoolverlater die bij ons in beeld komt, blijft in beeld en wordt ondersteund.’

‘Wat we vooral willen is laten zien dat doorleren, vooral nu, heel verstandig is voor later. Zo hebben we een programma dat het ‘School Ex Programma’ heet. We willen met dit project jongeren stimuleren langer op school te blijven. We hebben nog een aantal projecten waarmee we de jeugdwerkloosheid op een effectieve manier willen aanpakken. ”

”We hebben de jongeren straks – als de arbeidsmarkt weer aantrekt en de vergrijzing zijn tol eist – keihard nodig. Maar natuurlijk wel als ze voldoende gekwalificeerd en arbeidsfit zijn. In samenwerking met verschillende instanties als de provincie Groningen, twee ROC’ s, Hanzehogeschool, MKB-Noord, en Jeugdzorg wordt er hard gewerkt voor deze jongeren. Ik vind het heel bijzonder om voorzitter te zijn, ik vind het geweldig om te zien dat iedereen, door samenwerking met elkaar, de problemen willen aanpakken.’

Wat zou u de komende jaren nog graag voor elkaar willen krijgen in Groningen?

‘De rol van de man of vrouw voor de klas moet aandacht krijgen. Ik houd niet van het jargon ‘professional’. Ik vind onderwijzer een veel mooier woord voor iemand die voor de klas staat. De onderwijzer wil het beste bij elk kind naar boven halen. Het kind met veel of-het kind met weinig talent: beiden moeten de kans krijgen zich goed te ontwikkelen. Een onderwijzer moet goed kunnen les geven maar bovendien affiniteit met kinderen hebben.’

Op de een of andere manier vind ik ‘professional’ daar niet bij passen. Ik wil het liefst dat diegene die voor de klas staat onderwijzer is en zich kan focussen op kinderen en niet op niet-lesgebonden taken zoals overleg of administratieve klussen. Natuurlijk is dat ook een onderdeel van het werk, maar het moet niet ten koste gaan van de kinderen, waarvan sommige net een beetje extra aandacht nodig hebben. Daarom zou ik me vooral willen inzetten, echt voor de onderwijzer.’

U hebt in een interview gezegd (pvdagroningen.nl), vlak na de gemeenteraad verkiezingen vorig jaar, dat u vindt dat de gemeente een meer dienstverlenende organisatie moet worden, en dat dat niet zonder een cultuuromslag kan gaan. Hoe bedoelde u dat? En denkt u dat de gemeente op de goede weg zit?

‘Ik bedoelde daarmee dat de burger niet het gevoel moet hebben dat hij of zij er voor ons is, maar dat hij moet merken dat wij er voor haar zijn. Wij moeten onze diensten zo inzichtelijk mogelijk maken en een uitgezet beleid zo duidelijk mogelijk aan de burgers uitleggen.”

” Met cultuuromslag bedoel ik dat dat natuurlijk niet van de een op de andere dag kan. Daar moet hard aan gewerkt worden en daar zijn we nu als gemeente ook mee bezig. Mijn collega, wethouder Ton Schroor, is bezig met het in kaart brengen van de interne dienstverlening. Ook wij moeten als gemeente letten op geld en hoe we het binnen onze eigen organisatie besteden. Het kan nog veel beter, maar ik denk dat we op de goede weg zijn.’

Wat vindt u van het feit dat collega’s Karin Dekker en Ton Schroor en ook burgemeester Rehwinkel fanatiek zijn met Twitter?


‘Ik vind het voor hen leuk maar twitteren past niet bij mij. Als ik mensen iets wil vertellen dan bel ik ze op of maak ik een afspraak.’