Nieuws

RUG: Vrouwen tegenwoordig minder bang voor borstkanker

Vrouwen die te horen krijgen dat ze borstkanker hebben, ervaren deze diagnose vanzelfsprekend als ingrijpend, maar zijn er minder bang voor dan vroeger. Dat komt doordat de behandelmogelijkheden toenemen en het taboe rond de ziekte is verdwenen. De meeste vrouwen ervaren de diagnose niet meer als levensbedreigend en traumatisch. Dat blijkt uit een onderzoek van gezondheidspsycholoog Inge Henselmans, die deze maand aan de Rijksuniversiteit Groningen promoveert.


Leestijd: 1 minuut

Volgens Henselmans heeft een derde van de vrouwen die borstkanker blijken te hebben, helemaal geen psychische problemen na de diagnose. De meeste vrouwen zijn eerst wel angstig en slapen slecht, maar herstellen zich in de maanden na de behandeling vlot. Een kleine groep houdt problemen, aldus de psycholoog.

Vooral vrouwen die een sterke controle over hun leven hebben, hebben relatief weinig psychische klachten, stelt Henselmans. Zij houden gewoon aandacht voor familie en vrienden en vermijden bezoek niet. Veel patiënten hebben overigens het idee dat een positieve instelling de genezing bevordert.

Henselmans volgde negenhonderd vrouwen voor en na de diagnose. Daarna volgde zij degenen die kanker bleken te hebben tijdens de behandeling en in de maanden daarna. Het is volgens de universiteit voor het eerst dat vrouwen over zoveel fasen in het ziekteproces zijn gevolgd. Het onderzoek van Henselmans is gefinancierd door KWF Kankerbestrijding.

Tegenwoordig overleeft 85 procent van de vrouwen borstkanker. Als er geen uitzaaiingen worden gevonden, is de overlevingskans zelfs 90 tot 100 procent.