Nieuws

Indietopia breidde door corona uit van gameplatform naar proeftuin, en met succes

Door de coronacrisis en het verlies van belangrijke subsidies moest het Groningse gameplatform Indietopia op zoek naar manieren om voldoende omzet te draaien. De extra mogelijkheden dankzij de uitbreiding naar een proeftuin heeft ze bepaald geen windeieren gelegd. Dat vertelt directeur Merijn de Boer in een interview met de Groninger Ondernemers Courant.


Leestijd: 4 minuten

Indietopia breidde door corona uit van gameplatform naar proeftuin, en met succes
Indietopia breidde door corona uit van gameplatform naar proeftuin, en met succes

Indietopia startte in 2014 nog in een anti-kraakpand aan de Grote Markt met als missie om beginnende gamemakers te helpen. Toen was het bedrijf nog een zogenaamde incubator: een stichting met als doel om startende ondernemers in de game-industrie in Groningen te helpen succesvol te worden door het aanbieden van een fysieke ruimte.

"Sinds 2014 proberen we het noorden van Nederland als gamegebied op de kaart te zetten. Dat blijkt best lastig", legt directeur Merijn de Boer uit. In 2018 kwam hij bij het bedrijf om de boel wat zakelijker te maken. Het gameplatform maakte de transformatie door naar een accelerator: een organisatie die programma's aanbiedt om startups in de Groningse game-industrie intensief te begeleiden.

Een zeldzaamheid, volgens De Boer is er alleen in Barcelona een soortgelijke organisatie. "Bijna niemand die afstudeert van game design wordt ook daadwerkelijk game designer. Daarom is een accelerator heel belangrijk." Zo hadden starters een plek om gebruik te maken van de netwerkcontacten en alle aanwezige middelen en kennis van Indietopia. Er komt namelijk veel kijken bij het maken en lanceren van een game, legt De Boer uit.

Er was een goede basis in 2018 en 2019. Maar toen sloeg de crisis toe in 2020. Bovendien vertrok de zakenpartner van De Boer. Hij volgde hem op als directeur, dus kwam er heel wat op zijn bordje te liggen. "Veel van onze plannen konden de prullenbak in. Zit je opeens met een bijna lege ruimte en de vraag: wat gaan we nu dan doen?:

Ook vloeiden subsidies weg. "Toen kwam bij ons het besef: we moeten onze eigen boterham ook nog kunnen betalen. Die starters helpen is leuk en aardig, maar hoe hielden we onszelf als stichting zonder winstoogmerk overeind? We kregen dus wel een beetje een commerciële draai om de oren", vertelt De Boer. "Nu maken we nog steeds geen winst, maar we betalen wél graag de salarissen."

Indietopia moest actiever aan de bak om omzet te hebben nu er niet meer uitgegaan kon worden van inkomsten via subsidies. Gelukkig breidde het arsenaal van het bedrijf uit met meer mogelijkheden dankzij de intrede van een proeftuin, een soort speelplek om te experimenteren met wat voor idee dan ook. Indietopia bood die kans aan andere bedrijven en starters, maar ging ook zelf aan de slag. De proeftuin doopte het om van gamebedrijf tot game- én techparadijs.

Zo ontstond binnen Indietopia een aparte tak, genaamd Prototopia, waar prototypes werden gemaakt voor games en óók voor bedrijven. Een proeftuin gevuld met testkits, VR-brillen en – misschien wel de belangrijkste wijziging – 3D-printers. Indietopia begon met 3D-printers kunst te maken van voorwerpen, personages en allerlei andere zaken die uit games afkomstig waren. Op die manier kwamen al heel wat projecten uit de koker van de proeftuin rollen. Ook zetten ze zelf een expositie op voor een museum in Heerenveen. Met hulp van een scenograaf maakten de zes werknemers van Indietopia alle decors, installaties en interactieve onderdelen zelf.

Misschien wel de meest indrukwekkende bijdrage aan de expositie was het nabouwen van het volledige appartement van Dr. Hypatia, een personage uit de game Dishonored 2. Kastjes, stellages en katrollen, alles maakte Indietopia zelf in samenwerking met de setbouwer. Maar dus ook rekwisieten, diorama's en concept art voor aan de muur. En dat allemaal dankzij de proeftuin.

Het sluit aan bij de maatschappelijke betrokkenheid waar Indietopia als stichting voor staat. "Een game als kunstvorm is een compleet andere kunstbeleving. Je kunt iets voelen, er doorheen lopen. Dat kan niet in films of boeken, dat niveau van interactie kan alleen in games. De buitenwereld kan dankzij deze kunst zien dat gamemakers niet alleen maar bleke jongens zijn die binnen zitten, maar dat de game-industrie een heel mooi werkgebied is waar mensen jaren met veel passie werken om iets neer te zetten."

Indietopia kijkt ook naar manieren om die beleving in te zetten voor bedrijven. In plaats van 'customer journey' is er zo sprake van gamificatie, bijvoorbeeld wanneer een klant een zogenaamde 'trophy' verdient als hij vaak genoeg bij een bepaalde hotelketen boekt en zo een gratis ontbijt krijgt. "Je kunt schijnbaar oninteressante dingen interessanter maken. Dit is echt nog maar het begin, de game-industrie gaat nog veel groter worden."

De Boer is al met al tevreden waar Indietopia nu staat. "In een tumultueuze tijd hebben we toch veel banen gecreëerd. En we hebben ook nog maatschappelijke doelen bereikt. Dat we zo'n groot project als de expositie helemaal zelf hebben gedaan en waardering hebben gekregen voor die combinatie van kunst, creativiteit en talentontwikkeling, dat vind ik mooi."