Dat betoogden maandagavond twee woordvoerders van de Groninger Bodembeweging, Betty van Veen en Hilda Groeneveld.
Het tweetal heeft geen blind vertrouwen in de goede bedoelingen van de NAM. ‘Eerst zien, dan geloven’, aldus de bestuursleden. Ze spraken tijdens een vergadering van een raadscommissie in het gemeentehuis van Loppersum.
Volgens de bestuursleden was de aardbeving van september 2011 veel groter dan in het verleden voor mogelijk werd gehouden, en was deze net zo groot als theoretisch maximaal voor mogelijk werd gehouden.
‘Zeker is in elk geval dat de aardbevingen nog vele jaren zullen doorgaan en dat wij hier met de ellende blijven zitten. In veel gevallen is er bij Groningers zelfs sprake van een gevoel van onveiligheid’, aldus de bestuursleden.
Kritiek op waterschappen
De Groninger Bodembeweging vindt dat het tijd wordt om ook veel scherper te kijken naar de gevolgen voor Groningen van de bodemdaling. Volgens de GBB wordt er door waterschappen in Groningen veel te laconiek op bodemdaling gereageerd.
‘Waar moeten burgers die last hebben van “zetting” door de bodemdaling hun schade straks claimen? Dat is echt niet goed geregeld’.
‘Er moet een groter fonds komen voor vergoeding van de schade. Wij willen volledige schadevergoeding’.