Kamminga wordt geïnterviewd door Martijn de Greve in het Radio 1-programma Sven op 1. Het is het eerste landelijke interview dat ze geeft sinds ze begon als burgemeester op 30 juni.
Een belangrijk thema dat tijdens het interview ter sprake komt: de herstelplannen voor Groningen, naar aanleiding van de aardbevingsproblematiek. “Het grootste risico is dat het stagneert,” zegt Kamminga. Met de landelijke én gemeentelijke verkiezingen in het vooruitzicht is het volgens de nieuwe burgemeester belangrijk om koers te houden. “We zitten in de cruciale fase om te laten zien dat de economische projecten er komen en dat we de ambities ten uitvoer brengen. Daar hebben de inwoners echt recht op.”
Momenteel is er een, weliswaar demissionair, staatssecretaris die toeziet op de hersteloperatie van Groningen. Of er opnieuw een staatssecretaris op dit onderwerp zal komen na de verkiezingen, is niet zeker. Maar dat maakt Kamminga ook niet veel uit. “Maar wel dat er blijvend commitment is, ook om samen met het Rijk de stappen te zetten die nodig zijn. En zichtbaarheid in de regio.”
Samenwerking noordelijke provincies
Ook de samenwerking tussen de drie noordelijke provincies komt ter sprake tijdens het interview. Waarom verloopt die zo stroef de laatste tijd? De interviewer doelt op het vertrek van Friesland uit de gemeenschappelijke lobby van Samenwerkingsverband Noord Nederland (SNN) met Groningen en Drenthe. Die samenwerking zou namelijk niet effectief zijn. In Friesland was veel verontwaardiging over het ‘ verschuiven’ van het Lelylijngeld naar onder andere de Nedersaksenlijn (die Veendam en Emmen met elkaar verbindt).
Volgens Kamminga is het belangrijk om samen op te blijven trekken. “We hebben elkaar gewoon nodig. Met elkaar zijn we een stuk sterker. Voor Den Haag is het nu makkelijk om te zeggen: los het eerst even zelf op en dan doen wij wel wat. Bij grote projecten wil je zeggen: dit is wat we nodig hebben en daar hebben we ook Den Haag bij nodig, en daarvoor trekken we gezamenlijk op.”
Kansen voor Groningen
Verder wil Kamminga ook vooral de positieve kanten belichten, de kansen voor Groningen. “Ik wist natuurlijk al dat het een fantastische gemeente was”, zegt Kamminga. “Maar als burgemeester zie je toch weer meer van al die prachtige dingen die er zijn en de kansen die er liggen.” Volgens haar wordt te vaak vergeten dat we niet alleen ‘dingen voor het Noorden moeten regelen’, maar dat ook de rest van Nederland van de investeringen in het Noorden profiteert. Volgens Kamminga doen we hier een aantal ‘knappe dingen’, waarbij ze onder meer wijst op het UMCG en de RUG, waar ook de rest van Nederland baat bij heeft.