Achtergrond: De Kast kan Jelle niet stoppen

Het management van De Kast wilde het uitbrengen tegenhouden, omdat in het nummer regelrecht afbreuk zou worden gedaan aan het zorgvuldig opgebouwde imago van zanger Syb van der Ploeg. Het nummer zou verder inbreuk maken op de persoonlijkheids- en auteursrechten van De Kast. De Groninger student Arjen Lubach en journaliste Janine Abbring hebben het lied in een melige bui als grap opgenomen. Het verhaalt over een wanhopige Kast-fan die, als zanger Syb niet reageert, het Tjeukemeer inrijdt waarbij zijn zwangere cavia Sybje jammerlijk verdrinkt. Volgens de advocaat van De Kast dreigt het plaatje een regelrechte nummer-één-hit te worden waarmee het duo een fortuin wacht. Mr. H. de Lange vindt dat ze daarmee ten onrechte profiteren van het zorgvuldig opgebouwde imago van De Kast. Hij verwacht verder dat de reputatie van de groep schade oploopt nu Syb in het nummer wordt neergezet als een botte artiest die fans aan hun lot overlaat. De Kast kan volgens de rechter geen auteurs- op persoonlijkheidsrechten op Jelle claimen. Verder is het nummer volgens het vonnis zo’n evidente parodie dat het niet voorstelbaar is dat het imago van zanger Syb van der Ploeg of zijn popgroep daar negatieve invloed van kan ondervinden. Ook het argument van de popgroep dat het duo Slimme Schemer en Tido geld aan het nummer verdient en daarmee ,,meesurft op het imago van De Kast” is volgens de rechter onzin. Het lied is ontsproten aan de fantasie van de makers. In dat kader zegt de rechter dat ook een popidool tegen een stootje moet kunnen. De rechter denkt niet dat het artistieke niveau van Jelle zodanig is dat de makers een grote artistieke toekomst wacht. Abbring en Lubach waren met een grote schare fans bij de uitspraak verschenen en reageerden uitgelaten.