De drie zesarmige kroonluchters van smeed- en gietijzer hingen rond 1900 al glorieus te branden (op gas) in de hervormde kerk van Grijpskerk. Als gaslamp hingen ze met de armen omhoog gekruld. In de jaren ’20 zijn de luchters geëlektrificeerd en daarvoor waren enkele aanpassingen noodzakelijk. In 1967 werd de hervormde kerk van Grijpskerk gerestaureerd en verhuisden de luchters naar Niezijl. Daar hadden ze een mooi plekje totdat ook in Niezijl gerestaureerd ging worden. De luchters werden uit de kerkzaal gehaald en belandden op zolder. ‘Van smeed/gietijzeren kroonluchter met goud- of bronskleurige verf, naar ijzer bedekt met een dikke laag stof. Verguisd en vergeten’, aldus de SOGK.
De plaatselijke commissie van de kerk had echter de wens om de luchters terug te krijgen in de kerk. Met geld deels van de plaatselijke commissie en deels van de SOGK werden de lampen door Smederij – Atelier Ron Caspers gerestaureerd. Hij identificeerde de hoop schroot als twee complete kroonluchters. De derde bleek incompleet en wordt opgeslagen voor onderdelen.
Inmiddels hebben de luchters een ware metamorfose ondergaan. Alle delen zijn geschuurd en passend gemaakt. Er is nieuwe elektra aangebracht met porseleinen fittingen en LED-lampen. De glazen lampenkappen zijn schoongemaakt en gemonteerd. Alle delen zijn opnieuw gelakt met goudkleurige brons-oxide. En het resultaat mag er zijn. Vanaf 20 december gaan ze hun vierde leven in, dan hangen ze weer op hun oude vertrouwde plekje in de kerk van Niezijl.
