De gruwelijke mishandelingen vonden plaats in het ouderlijk huis van het meisje in Veendam. Na bijna twee weken sloeg haar zusje alarm en bevrijdde de politie haar uit de woning. In het ziekenhuis bleek de 14-jarige zwaar onderkoeld, ondervoed en tweedegraads brandwonden te hebben. ,,Ik ben gemarteld zoals ze dat in de middeleeuwen deden. Ik was altijd bang. Als je zoiets doet, dan hou je toch niet van je kind?”, schreef ze in een slachtofferverklaring.
Het gezin met vier kinderen stond al jaren onder toezicht van hulpverleners. Drie van de vier kinderen waren uit huis geplaatst. Toen de 14-jarige dochter eind december 2007 weer thuis kwam, begonnen volgens de verdachten de problemen. ,,Ze luisterde niet en wou ons altijd al uit elkaar hebben. Ze verpeste elk weekend”, aldus de stiefvader. De man en vrouw gebruikten in het weekend, als de hulpverleners er niet waren, veel speed. Volgens psychiaters en psychologen hebben beide een gebrekkige ontwikkeling en zijn ze daarom verminderd toerekeningsvatbaar. Zij adviseren de rechtbank daarom een tbs-behandeling op te leggen.
De rechtszaak wordt op 20 april voortgezet, als de rapporten van de reclassering zijn afgerond. Pas dan zal het Openbaar Ministerie een strafeis formuleren.
